Greep uit de artikelen

vrijdag 27 november 2015

Het Zwarte Verleden: donkere mensen in de christelijke kunst van de middeleeuwen en renaissance

In de periode rond Sinterklaas is er altijd veel discussie over hoe de figuur Zwarte Piet is ontstaan en of deze racistisch is. In de geschiedenis van de Europese kunst worden donkere mensen op verschillende manieren afgebeeld. In vroegste tijden hadden donkere mensen en figuren in de religieuze kunst vaak een negatieve betekenis. De kleur zwart werd van oudsher geassocieerd met duivels en demonen en de kleur wit met het goede en pure. Daarnaast werd de negatieve beeldvorming over donkere mensen mede versterkt door de invasie van Spanje en Portugal door de islamitische (en in de ogen van de Europeanen heidense) Moren uit Noord-Afrika in de achtste eeuw. Rond 1500 vatte het idee post dat een donkere kleur een straf van god was. Dit was gebaseerd op een interpretatie van het verhaal van Noach (Genesis 9:22-25) die zijn kleinzoon Kanaän had vervloekt als straf voor de zonde van zijn vader Cham. Kanaän werd voor straf tot slaaf gemaakt. Volgens deze interpretatie was Cham de stamvader van de Afrikanen en was hun donkere huidskleur de goddelijke straf voor de zonde van hun stamvader. Dit rechtvaardigde ook de slavernij van Afrikanen.




Een detail van de fresco De Verdoemden in de hel geworpen door Luca Signorelli, 1499-1502

Op sommige afbeeldingen van de Kruisweg van Jezus werd Jezus door een donkere man mishandeld en waren zijn beulen donker van kleur. In de bovenstaande afbeelding waarin volgens Het Laatste Oordeel de verdoemden naar de hel worden geleid, is te zien hoe de verdoemden worden gemarteld door demonen. Eén van de demonen heeft duidelijk Afrikaanse trekken.




Detail van het altaarstuk Het leven van de Maagd en Sint Franciscus: Franciscus van Assisi bezoekt de sultan, door Nicolas Francès, 1445-1460



Ook op afbeeldingen van heiligen werden de beulen vaak donker gekleurd afgebeeld. Boze geesten en demonen werden in de volksmond ook wel Moren en Ethiopiërs genoemd. De Moren waren moslims en volgens de Europese christelijke opvatting daarom duivels en ketters. Deze afbeelding, deel van een altaarstuk, speelt zich af tijdens de kruistochten in de dertiende eeuw. Sint Franciscus zou zich achter de vijandelijke linies hebben begeven om de sultan van Egypte, Melek el-Kamil, te bezoeken. Hij hoopte vrede tot stand te brengen door de islamitische sultan tot het christendom te bekeren. Hij slaagde hier niet in. Het zwarte figuurtje met duidelijke Afrikaanse trekken stelt het kwaad voor dat Franciscus naar de sultan voert.


Marteldood van St. Marcus de Evangelist, door de gebroeders van Limburg (1412-1416)



De apostel Marcus, schrijver van het bijbelse Evangelie van Marcus en stichter van de Kerk van Alexandrië, wordt op deze afbeelding door een donkere man met een touw om zijn nek door de straten gesleurd. De zwarte man moet de verpersoonlijking van het heidendom in Alexandrië voorstellen. De "heidenen" zouden woedend zijn geworden door de groei van het aantal christenen in hun stad. Toen Marcus in 68 na Chr. naar Alexandrië terugkeerde, zou hij door een woedende menigte zijn gemarteld en gedood. 



Het Wonder van het Zwarte Been, toegeschreven aan Meester van Los Balbases (1495)



In de veertiende eeuwse Gouden legende (Legenda aurea), een verzameling legendes over heiligen, wordt Het Mirakel van het Zwarte Been beschreven. Deze legende gaat over de heilige broers Cosmas en Damianus. Deze twee christelijke geneesheren leefden in de derde eeuw na Chr. in het huidige Turkije en Syrië en zouden tijdens hun leven kosteloos mensen hebben genezen en veel mensen tot het christendom hebben bekeerd. Dit verhaal zou zich rond de zesde eeuw in Rome hebben afgespeeld. Het gaat hier om de eerst gedocumenteerde transplantatie:

Een aanbidder van de heiligen had last van een etter- of kankergezwel aan zijn been. Tijdens een droom verschenen Cosmas en Damianus aan hem om te overleggen wat ze moesten doen. Ze groeven het lichaam van een "Ethiopiër" of "Moor" op en hakten een been af om zo het zieke been te kunnen vervangen. Bij het ontwaken ontdekte de patiënt tot zijn stomme verbazing dat hij een gezond zwart been had gekregen.

In deze tijd werden donkere Afrikanen vaak aangeduid als "Ethiopiër". Het ging in deze vertelling hoogstwaarschijnlijk om een slaaf: Het opgraven van dode christenen werd als heiligschennis beschouwd. Volgens de heersende opvatting hadden slaven geen ziel, zodat er geen bezwaar was tegen deze opgraving. In de renaissance was dit verhaal een dankbaar onderwerp in de Europese kunst. In sommige kunstwerken wordt het lichaam van de Afrikaan als een stuk afval terzijde gegooid. In een aantal werken, zoals hieronder, gaat het er wreed aan toe en is de Afrikaan nog in leven tijdens het verwijderen van het been.

Het Mirakel van het Zwarte Been, door beeldhouwer Isidro de Villoldo, ca. 1547





Sint Mauritius door Matthias Grünewald, 1517-1523




Niet alle donkere mensen werden echter negatief afgebeeld. In de veertiende en vijftiende eeuw waren sommige heiligen, zoals de Heilige Mauritius donker gekleurd. Hij werd in de derde eeuw na Christus in Egypte geboren en werd later een soldaat in het Romeinse leger. Ondanks het feit dat hij een christen was in een tijd dat het christendom als een bedreiging werd gezien door de Romeinen, had hij op weten te klimmen binnen het Romeinse leger. Uiteindelijk werd hij leider van een legendarisch Romeins legioen van 6600 soldaten. Het legioen bestond uitsluitend uit christenen. Toen hij en zijn mannen weigerden om de Romeinse goden te aanbidden en christenen af te slachten, werd op bevel van keizer Maximianus voor straf elke tiende soldaat gedood (gedecimeerd). Mauritius en zijn mannen bleven echter volharden en weigerden om christenen te doden. Op bevel van de keizer werd het legioen nog een aantal keren gedecimeerd tot de overgebleven soldaten uiteindelijk ook werden gedood. Dit alles gebeurde in de naar Sint Mauritius vernoemde Zwitserse plaats Saint Maurice-en-Valais. Als heilige staat hij in hoog aanzien bij de Koptische Orthodoxe Kerk en de Oosters Orthodoxe Kerk. 


Benedictus de Moor (ca. 1526-1589)
Klik hier voor de afbeelding.

Benedictus werd in 1526 in San Fratello, op het eilandje Sicilië, geboren uit Afrikaanse slaven. De naam "Moor" verwijst naar zijn afkomst en kleur. Hij werd ook wel Ethiopiër genoemd, wat in die tijd een aanduiding voor mensen uit Afrika was. Benedictus werd als vrij man geboren en werd  door zijn ouders als vroom christen opgevoed. Benedictus kon door gebrek aan middelen niet naar school. Hij werkte als herder en gaf zijn geld aan de armen. Hij werd vaak om zijn kleur gepest, maar verdroeg dit met lijdzaamheid. Een groep kluizenaars merkten hem op en nodigden hem uit om zich bij hen aan te sluiten. Hij nam de uitnodiging aan en liet al zijn aardse bezittingen achter om als kluizenaar te leven. Uiteindelijk werd hij de overste van de groep.

Op een gegeven moment verzocht de paus de groep om zich bij de Orde van de Franciscanen aan te sluiten. Hierna verbleef Benedictus in verschillende kloosters. Uiteindelijk belandde hij in het Mariaklooster bij Palermo waar hij als kok in dienst was. Ondanks het feit dat hij analfabeet en een lekenbroeder was, werd hij uiteindelijk tegen zijn zin benoemd tot kloosteroverste. Hij werd diep gerespecteerd om zijn kennis van de Bijbel en werd vaak om advies gevraagd. Daarnaast werd hij ook bekend als genezer van de zieken en werden hem vele wonderen toegedicht. Hierdoor kwam er veel publiek op hem af dat hem wilde aanraken en ontmoeten. Hij hield van koken en in zijn latere jaren ging hij weer als kok aan de slag. Hij stierf in 1589 en werd niet veel later de patroonheilige van Palermo. In 1807 werd hij heilig verklaard. In de Verenigde Staten is hij de patroonheilige van de katholieke Afro-Amerikanen en zijn er vele kerken naar hem vernoemd. Hetzelfde is het geval in Latijns-Amerika.



Zwarte Madonna van Częstochowa, kerkmozaïek in Polen


Van de twaalfde tot de vijftiende eeuw verschenen er afbeeldingen van de Zwarte Madonna in de vorm van beelden en schilderijen in verschillende gebieden in Europa, zoals Polen, Duitsland, Italië, Frankrijk, Zwitserland en Spanje. Ze wordt met een bruine kleur afgebeeld. De Zwarte Madonna werd voornamelijk door katholieken aanbeden en er werden haar vele wonderen toegedicht. Ze zou onder andere beschermen tegen aardbevingen, de pest en vijandelijke legers. De afbeelding wordt vaak vergezeld met de spreuk Nigra sum sed formosa, wat Ik ben zwart, doch liefelijk betekent. Deze uitspraak komt uit het Bijbelse boek Hooglied. Het woord zwart betekent in deze context zondig of schuldig. Er zijn deskundigen die zeggen dat veel Zwarte Madonna's donker zijn geworden door de veroudering van de verf. Dit verklaart echter niet de vele verschijningsvormen van de Zwarte Madonna in Europa.


De zwarte engel uit de Aurora consurgens, een manuscript over alchemie uit de vijftiende eeuw

Dit geschrift met vele kleurrijke illustraties wordt wel toegeschreven aan Thomas van Aquino, maar het wordt ook wel Pseudo-Aquino genoemd. Het is een commentaar op een Latijnse vertaling van een Arabisch geschrift van alchemist Ibn Umayl. De illustraties zijn allegorisch, ze beelden alchemistische elementen uit in dierlijke en menselijke vorm. De zwarte engel is een bijzondere illustratie in het manuscript. Het kwam niet vaak voor dat een engel met een zwarte kleur werd afgebeeld. Meestal werden zwarte engelen in verband gebracht met duivels en gevallen engelen. Men denkt dat deze engel geen negatieve betekenis had. Er komen ook nog enkele zwarte engelen met blond haar voor in het manuscript. Deze engel zou kunnen verwijzen naar de Zwarte Madonna die veel bedevaartgangers naar de Sint-Martinusbasiliek in Halle, België aantrok. Een simpele verklaring kan ook zijn dat deze engel gewoon voor de sier zwart was.


Illustratie van Koningin van Seba uit het militaire handboek Bellifortis door Konrad Kyeser, ca 1405


Dit manuscript is gemaakt voor de Rooms-Koning Wenceslaus I bij wie Konrad Kyeser als arts aan het hof diende. Koningin van Sheba wordt in de Bijbel in het eerste Boek der Koningen, hoofdstuk 10 van het Oude Testament genoemd. Volgens de Bijbel trok ze naar Jeruzalem om koning Salomo en zijn wijsheid met eigen ogen te zien. Uiteindelijk verleidde ze hem.

Ze heeft in deze illustratie opvallend blond haar. Uit onderzoek blijkt dat haar huidskleur pas later donkerder is gemaakt. Deskundigen denken dat de plaats Seba of Sheba in het tegenwoordige Ethiopië lag. In de late middeleeuwen had men een positief beeld van Ethiopië en Ethiopiërs, omdat deze als christenen tijdens de kruistochten een bondgenoot waren tegen de moslims. Dat ze een donkere huidskleur heeft, zou echter ook te maken kunnen hebben met het feit dat ze als een sluwe verleidster werd gezien. 



De Aanbidding van De Drie Koningen door Jacob Cornelisz. van Oostsanen, ca. 1517




Vanaf de vijftiende eeuw begonnen kunstenaars één van de Drie Koningen, Balthasar, als een zwarte man af te beelden. De Drie Koningen werden vertegenwoordigers van de toen drie bekende werelddelen Europa, Azië en Afrika. De kleding van de zwarte koning weerspiegelde vaak de kleding van de slaven of bediendes uit de welgestelde Europese kringen. De oorbel in het oor laat zien dat hij een buitenstaander is, "anders" dan de rest. Rond de vijftiende eeuw werden donkere mensen vaak met oorbellen of oorringen afgebeeld om hun "anders zijn" in positieve (zoals in dit geval) dan wel negatieve zin te benadrukken. Om dezelfde reden werden Joden in kunstwerken ook vaak met oorbellen afgebeeld. Om zijn Afrikaanse afkomst te benadrukken, droeg hij soms ook een olifantshoorn, een hoorn van ivoor. De Afrikaanse koning staat meestal wat achter de andere twee koningen en is jonger van leeftijd. Dit stond symbool voor het feit dat Afrika het jongste werelddeel was dat met het christendom kennis had gemaakt. Zijn zwarte huid stond voor verre oorden, om zo te laten zien dat het christendom zelfs dáár was doorgedrongen. De Italiaanse kunstenaars begonnen relatief laat met het uitbeelden van Balthasar als Afrikaan.



Scènes uit Het Laatste Oordeel, een drieluik door Hans Memling, 1467-1471



Hans Memling schilderde zwarte mensen op realistische wijze, zonder stereotype kenmerken. Hij liet in dit drieluik zien dat iedereen, van welke kleur ook, gelijk was voor God. Op de linkerafbeelding is een Afrikaans uitziende man te zien die in de rij staat om naar de Hel af te dalen. Op de rechterafbeelding is achteraan de rij een donkere man te zien op weg naar de Hemelpoort.




Scène uit Tuin der Lusten door door Jheronimus Bosch, 1480-1490


Over het werk hierboven, De Tuin der Lusten, dat de zondigheid van de mens op de korrel neemt, lopen de meningen uiteen. Volgens sommigen zouden de zwarte figuren de primitieve, nobele wilden of de verleiders uitbeelden. Anderen zijn ervan overtuigd dat Hiëronymus Bosch geen bijbedoelingen had met de zwarte figuren, maar ze juist neutraal, zonder stereotype kenmerken, heeft uitgebeeld. Het zou erop kunnen wijzen dat hij in aanraking kwam met mensen van Afrikaanse afkomst.


Lees ook: 


__________________________________________________________________________
Bronnen

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Heb je vragen of ander commentaar, plaats ze hier.