Greep uit de artikelen

vrijdag 15 september 2017

Op ontdekkingsreis in de Surinaamse slavenregisters - Dag 9: Advertenties van weggelopen slaven

Kapitein J.G. Stedman gebogen over een dode marron,
uit het boek 'Reize naar Surinamen en de binnenste
gedeelten van Guiana'.

Enige tijd geleden kon men als vrijwilliger helpen om de Surinaamse slavenregisters openbaar te maken. In deze registers werden de geboorte, aankoop, sterfte en verkoop van slaafgemaakten bijgehouden. Maar wat zijn de verhalen achter deze kille boekhouding? In deze tiendelige blog wordt de (soms schokkende) ontdekkingsreis beschreven van één van deze vrijwilligers.

Weggelopen slaven
Soms staat er in een register bij een slaafgemaakte de aanmerking 'weggeloopen' of 'doodgeschoten'. Dit werd in de boekhouding als een afschrijving genoteerd. Tijdens de slavernij probeerden slaafgemaakten regelmatig aan hun ellendige bestaan te ontsnappen. Vaak vluchtten zij de bossen in en sloten ze zich aan bij andere gevluchte slaven (marrons). Als zij gevangen werden, wachtte hen meestal een afschuwelijke straf. Om marronage (de vlucht naar de bossen) te bestrijden werd in de 1721 bepaald dat weggelopen slaven en slaven die hen hierbij hielpen de doodstraf kregen. Mensen die weggelopen slaven vingen of doodschoten, zogeheten premiejagers, kregen een hoge beloning. In de negentiende-eeuwse Surinaamsche Courant werden door de eigenaars van weggelopen slaven regelmatig advertenties geplaatst waarin een hoge beloning (vanggeld) werd uitgeloofd voor diegenen die hun eigendom terug konden brengen. Vaak stond er onderaan de oproep de zin 'Een ieder wagt zich voor schade'. Hiermee werd gewaarschuwd om de weggelopen slaaf niet zelf te houden of te verbergen, op straffe van de betaling van een schadevergoeding. Uit de advertenties blijkt dat er regelmatig moeders met kinderen wegliepen en dat een aantal vanuit Afrika gearriveerde slaven ('Nieuwe negers') een ontsnappingspoging deden. Sommigen waren de ''Negerengelsche Taal'' nog niet machtig. Ook is in sommige advertenties te zien dat 'vrije' personen, dat wil zeggen vrijgeboren of vrijgemaakte slaven, zelf slaven bezaten.

Hier een greep uit de advertenties:



Weggeloopen van den Ondergeteekende Twee Negerinne 
genaamd Premiere en Sophia, een ieder wordt verzogt, om
 gemelde Slaven geen schuil plaats te verleenen, maar
 dezelfve ontdekkende aan te houden, en overleveren
 aan den Ondergeteekende, zal het ordinaire Vanggeld
genieten.
Een ieder wagt zig voor schade.
Paramaribo den 4 January 1821. 
J. A. Bauer.


Zedert een geruimen tyd Weggelopen van de Plantagie Johanna 
Margarethaeen onlangs uit de Eilanden ingevoerde Neeger,
 opdeszelfs  regter  Arm *gemerkt  J & M,  zijnde genaamd 
Jack, als mede een Neger genaamd Primo, voorheen behoord 
hebbende aan de  Boedel  H. F. MATILE en thans behorende aan de
 Plantage Livonia - Die  een of beide Negers teregt brengt by den 
Ondergeteekenden zal voor  elk Vijftig Gulden Vanggeld genieten.
Paramaribo den 5e Maart 1821
S. M. Klein.

*Slaafgemaakten werden gebrandmerkt met de initialen van hun eigenaar



Zedert eenige dagen heeft zig van de Plantagie Tourtonne 
Geabsenteerd, een man Neger, de *Negerengelsche Taal nog
niet magtig, een ieder word verzogt denzelve ontdekkende
aan te houden en tegens dubbeld Vanggeld te bezorgen by
den Ondergeteekende.
Paramaribo den 28e Mey 1821.
Ml. Ant. WOLFF.

* De tegenwoordig als discriminerend beschouwde benaming
voor de in Suriname gesproken taal, nu 'Sranan Tongo' genoemd. 



Sedert eenigen tyd heeft zich van de Plantagie Huwelijkszorg
in de Rivier Saramacca geabsenteerd Een nieuwe Jonge Neger
genaamd APOLLO, en op zyn  linker Arm gemerkt C. H. B. -
Die dezelve op bovengenoemde Plantagie of by den 
Ondergeteekende terug bezorgt, zal f 10- Vanggeld genieten.
Paramaribo den 27e December 1820.
C. van ELMPT.



Sedert November 1831, heeft zich hier geabsenteerd, 
de Negerslaaf genaamd Dirk afkomstig van de gesloopte
Plantaadje Hofwijk, alwaar hij als *Dresneger was bekend, en
laatst toebehoord hebbende aan nu wijlen W. F. RENSIJL.
Paramaribo den 20 Februarij 1833. 
C. A. FISCO,
2de Commies.

*Een soort medicijnman die gewonde of zieke slaven behandelde.



Weggeloopen:
De Slaaf genaamd FRANCOIS : aan komende den Boedel Jan
van CAPADOCE, die denzelven opvangt; gelieve hem te doen 
bezorgen aan het *Departement der Onbeheerde Boedels. (10582)
Paramaribo, den 4 April 1843.
M. N. Arlaud,
2de Commies.

*Onbeheerde Boedels waren nalatenschappen die geen erfgenamen
hadden of waarop geen aanspraak gedaan werd. Deze werden
afgehandeld door het 'Departement der Onbeheerde Boedels'. 


Weggeloopen den Negerin Zemire, roodachtig van kouleur, en 
gemerkt aan haar Arm I. A. G. , die haar te regt brengt by
Vrouwe de Weduwe GERDING, ofte by my, zal behoorlyk
Vanggeld genieten.
C. F. STEINHARD qq.



Zedert eenige dagen heeft zich geabsenteerd de neger genaamd
Jan, kort van postuur, behoorende aan de *vrye PRESENT van
de Wed. VEREUL, die deselve opvangt en by den 
Ondergetekende of by den eigenaar te rug bezorgd, zal Drie
Guldens Nederl. Ct. genieten.
Een ieder wagt zich voor schade. 
Paramaribo den 20e Maart 1828.
H, MACHIELSE.

*Present was een vrijgemaakte slavin die de slaaf Jan in bezit had.



Weggeloopen zedert eenige dagen, uit het Hospitaal van Doctor
HORSMAN, een man Neger genaamt JACOBUS, roodachtig
van couleur, aankomende de Plant. Bastakin opper district
Nickerie, die denzelve teregt brengt zal f 25- vanggeld genieten.
Paramaribo den 6e. Julij 1825.
COLIN CAMPBELL Jun. qq.



In den nacht tusschen den 23 en 24 Junij ll. , hebben zich van
 de Pl. de Guineesche Vriendschap geabsenteerd de Negers 
JAN, JUPYN en CORTES, medenemende eene 4 riems *Korjaal, 
die dezelve opvangt en op de voormelde Plantaadje of bij den
 ondergeteekende terug bezorgt, zal goed beloond worden.
Paramaribo den 7e. Julij 1825.
SALOMON de la PARRA.

* Een bootje gemaakt van een uitgeholde boomstam



Weggeloopen.
Sedert eenige dagen: De *Kaboegerin genaamd Marie met hare
kinderen Doris en Gotlieb, aankomende de ondergeteekende.

Een ieder wordt gewaarschuwd gemelde Slaven geen
schuilplaats te verleenen, nog dezelve op te houden, maar
aan de ondergeteekende terug te bezorgen, zal de gewone 
vanggeld genieten. 
Een ieder wacht zich voor schade.
Paramaribo, den 9 October 1839.
MAGDELEENTJE van JAN WILLEM BOONEN.
(37144)

*Een Kaboegerin/Kaboeger was iemand met een Afrikaanse en Indiaanse ouder.



(27701) Sedert eenigen tijd is WEGGELOPEN: den Neger, 
genaamd Valentijn, (in de wandeling Brántie); aankomende
den WelEdele Heer D. M. SANCHES, en in dienst van de
ondergeteekende: - een ieder wordt verzocht gemelde Neger
niet op te houden noch te verbergen, maar wachte zich voor
schade. 
Paramaribo, den 10 Julij 1833.
SAMl.. FERNANDES.



Weggeloopen sedert een geruime tyd van de Plant: Toledo
de Negers France, Chance, Primo, en de Negerin Princesse,
allen gemerkt op de linker Arm met de Letters R. O. F, die
 geenen die denzelven mogten terug brengen, zullen eene
Vanggeld genieten van Honderd Guldens per hoofd by
RICHd. O'FERRALL.
Paramaribo den 13 April 1825.



(19409) WEGGELOOPEN:
Sedert 12 dagen van de Plantagie Nieuwstar, de Neger Vigilant,
den ondergeteekende toebehoorende; deze Neger heeft tot het
laatst van 1832 te Paramaribo, dikwijls aan *de platte Brug en ook
wel aan boord der Schepen gearbeid.

*Een aanlegplaats voor tentboten bij de Waterkant in Paramaribo 



Voor enige tijd geleeden, is weggeloopen de Neeger genaamt
RHYNBERK, behoorende aan de Plantagie Rhijnberk, een 
ieder word verzogt gemelde Neeger niet optehouden nog 
veelmin schuilplaats te verleenen, maar hem bij den 
Ondergeteeken te bezorgen waar voor een Premie van Vijftig
Guldens zal betaald worden.



(19392) WEGGELOOPEN: den Neger genaamd THEE, groot 
van postuur, in de spraak stotterend; vroeger gewerkt hebbende
op de Plataadje de Eendragt in Saramacca; - een ieder wordt
verzocht gemelde Neger niet op te houden; maar die hem 
aanwijst of te regt brengt bij den ondergeteekende, zal
genereus beloond worden.



Weggeloopen van den ondergeteekende, de *Mustice Jongen 
Poetje, verzoekende een ieder gemelde Jongen niet op te houden,
noch schuilplaats te verleenen; die dezelve terug brengt,
zal genereus beloond worden.
Een ieder wacht zich voor schade! 
Paramaribo den 21 Januarij 1830. 
JEUDIT ISRAëL FEREIRA.

*Ook wel 'Mesties' genoemd. Dat was iemand met een mulattin
 (een kind van een Afrikaanse moeder en een Europese vader)
als moeder en een witte vader.



Weggeloopen zedert eenige dagen de twee Negerinnen met 
namen Fenissie en haar dochter Hendesina, die deszelve 
teregt brengt bij den ondergeteekende, zal per hoofd genieten
f 25 Sur Ct. vanggeld.
Een ieder wagt zich voor schaden.
J. C. LAGMULDER.



Zedert een geruimen tijd heeft zich van Paramaribo geabsenteerd,
de Negerin genaamd PREMIERE, hebbende op haar rug een
groot merkteken van eene wond, aan de eene hand Stijve
Vinger, weleer behoord hebbende aan P. F. van OMMEREN,
en door F. MEYER gekogt van P. van CHATILLON, die
dezelve Vangt en Opbrengt aan den ondergetekenden of bij
den Eigenaar F. MEYER op deszelfs Grond Guldenvlies
aan de Pararacweg, zal Twintig Gulden Vangeld genieten.
Paramaribo den 27e. Junij 1820.
N. L. BRAAM.



Voor eenige dagen is van de ondergeteekende weggeloopen een
Karboeger Jongen genaamd PIETJE, kort van Postuur zwart 
gekruld Haar in diervoegen als Karboeger Indianen; verzoeken
een ieder die hem ziet aan te houden en bij den ondergetekende
tegens het behoorlijke vanggeld terug te bezorgen.
Paramaribo en 22e Maart 1825. 
J. H. KREIJTER.



Weggeloopen uit eene Pont, gedurende de  dat dezelve ten anker
lag in de Rivier Commewijne op de hoogte van Matappica, een
Neger genaamd JAN, mede nemende een *Boegseer Pontje
en een **Pagaal met goederen, die denzelven opvangt, wordt
verzocht hem bij den ondergeteekende terug te bezorgen.
SALOMON de la PARRA.

*Een sleeproeibootje
**een gevlochten mand met deksel



Weggeloopen van de Plantagie Nooit Volmaakt, sedert twee 
maanden, een Negerin genaamt AMBAmet haar kind genaamt 
NELSONgekogt op den  3e Mei 1819, van E M. MULLER. 
Men denkt  dat zy is schuilgehouden door haar Moeder, een 
Vrye Meid  genaamt PREMIEREwonende achter de 
SteenbakkergrachtIemand eenige informatie gevenden 
waarmede bovengemelde Meid en Kind kunnen afgenomen
 worden Zal van den Ondergeteekende de Somma van Twee 
Honderd en Vijftig Guldens genieten.
Een ieder wagt zich voor schaden. 
Paramaribo den 25e February 1820.
RICH. O'FERRALL Jr.



Weggeloopen:
Van de Plantage de Drie Gebroeders, de Neger Tirebouchon,
herkomstig van de Plantagie de Goede Verwachting, en door
den ondergeteekende, den 8sten December jl. in publieke 
veiling gekocht. - Den 24sten dezer is dezelve Neger, ter 
hoogte van de Plantagie Geijersvlijt gevangen en aldaar aan 
den wal gebracht, van waar hij echter weder is ontstnapt. 
Vermoedelijk houdt hij zich thans op, in de omstreken dier 
Plantagie  of aan de Combe's , of wel te Paramaribo. Hij is 
eenigszins kort,  doch gezet van postuur en heeft eenen zeer 
platten neus, duidelijker nog is hij daaraan te kennen, dat aan 
beide zijne  voeten,  de groote teen ongewoon lang is en in een 
buitenwaartsche rigting, of wel opmerkelijk dwars staat. 
Paramaribo, den 26 Januarij 1837. 
EGBERT VAN EMDEN.



WEGGELOOPEN:
(15249) De *Mulat genaamd Abraham, zijnde een Kleedermaker,
toebehoorende aan de Heer J H. Rooswijk; wordende mitsdien
een ieder verzocht, hem geene schuilplaats te verleenen, maar
ontdekkende, tegen betaling van Vanggeld, te willen uitleveren
aan den ondergeteekende. 
Paramaribo den 25 Maart 1834.
S. F. F L U qq.

*Iemand met een Afrikaanse en een witte ouder



Weggeloopen: Eenen Neger, genaamd Floris;- die denzelven
opvangt en terug bezorgd, zal het gewone Vanggeld genieten.
Paramaribo, 28 April 1832.
Hs. KLINT qq.



Weggelopen eene Negerin genaamd KLASINA, lang ongeveer
41 voet, zwartachtig van kouleur en gemerkt met de letters
T. L. N die dezelve opvangt en te regt brengt bij den 
ondergetekende zal daarvoor een dubbeld  vanggeld genieten.
Paramaribo den 22e Maart 1825.
T. L. NEPVEU.



Weggeloopen:
Sedert 17den dezer, den Slaaf genaamd Joseph (Timmerman), 
kort van postuur en wat kaal op de kruin van het hoofd; 
die denzelve teregt brengt, zal het gewone vanggeld genieten.
M. N. MONSANTO.




Het zwarte verleden: Slavenopstanden in de Nederlandse geschiedenis
_______________________________________________________________________________________________________
Bronnen:
De bovenstaande advertenties zijn afkomstig uit de "Surinaamsche courant":

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Heb je vragen of ander commentaar, plaats ze hier.